Arm en rijk.
Het is af en toe frustrerend om continu te moeten vechten om een betere toekomst voor de kinderen.
Maar het is helaas niet anders, er is geen andere manier.
De verschillen tussen het publieke en het privéonderwijs zijn zo enorm groot dat de verschillen tussen arm en rijk alleen maar groter worden.
Het publieke onderwijs is er compleet op gericht om voor de mensen die er werken een goede toekomst te realiseren.
De studenten zijn helaas een noodzakelijk kwaad. De regering heeft gewoon nog te weinig zeggenschap en teveel andere problemen om hier verandering in te kunnen brengen.
De publieke scholen trekken zich niets aan van wat het ministerie van onderwijs declareert.
Er worden structureel 200 uur per jaar minder onderwijs gegeven dan dat de regering wil dat er gegeven wordt.
De regering geeft af en toe studieboeken maar die worden niet gebruikt. De meeste leerkrachten zitten er al jaren en hebben nog nooit een bijscholingscursus gevolgd.
De leerkrachten schrijven alles wat ze de kinderen willen bijbrengen op de schoolborden.
De kinderen schrijven het vervolgens in hun schriften.
Gevolg, de schriften staan vol maar ze begrijpen compleet niets van wat ze opgeschreven hebben.
Dat geld voor de lagere scholen en het voortgezet onderwijs.
Zowel in de steden als op het platteland. Alleen de publieke universiteiten zijn van redelijke kwaliteit.
Dit zijn er een stuk minder, ze liggen allemaal in de steden en zijn zo een beetje makkelijker te controleren.
We blijven er bij dat de lagere school de belangrijkste school is voor de kinderen.
Daar krijgen ze het fundament mee voor het opdoen van kennis in de rest van hun leven.
Maar we weten ook goed dat onze kinderen bij het verlaten van onze school opnieuw in een gat vallen bij het voortgezet onderwijs.
We hebben op zaterdag voortgezet onderwijs op onze school. Maar dat is meer voor kinderen die door omstandigheden dit nooit hebben kunnen volgen.
De kwaliteit van het onderwijs dat daar wordt gegeven ligt een lichtjaar af van de kwaliteit dat nodig is.
De meeste leerkrachten daar hebben niet de kwaliteit en de motivatie om goed middelbaar onderwijs te kunnen geven.
Ook het aantal lesuren is veel te weinig. Goede en gemotiveerde leerkrachten. Minimaal 1000 lesuren en de hulpmiddelen die nodig zijn om dit onderwijs te geven.
Dat is een droom waaraan we nog invulling aan moeten geven. Minder armoede, dat is wat we willen.